1. Kennisbibliotheek
  2. Toepassingsgebieden
  3. Hoe zorgt u voor luchtdichte cleanrooms en isolatiekamers?

Hoe zorgt u voor luchtdichte cleanrooms en isolatiekamers?

Hoe zorgt u voor luchtdichte cleanrooms en isolatiekamers?

De 5 aspecten waarop u moet letten

Worden in uw faciliteit geneesmiddelen ontwikkeld of levert uw faciliteit een bijdrage aan de bestrijding van besmettelijke virusziekten? In elk geval moet u zorgen voor volledige luchtdichtheid en een zeer hoog veiligheidsniveau. 

Het ontwerpen en bouwen van cleanrooms, biocontainment-ruimten, laboratoria en isolatiekamers in ziekenhuizen is een uitdaging. Hier volgen vijf goede adviezen voor managers van cleanrooms en anderen die verantwoordelijk zijn voor dergelijke activiteiten. De informatie is gebaseerd op richtlijnen van ISO 14644-14. 

1. Selecteer de juiste materialen

Het materiaal van de uitrusting moeten glad en eenvoudig schoon te maken zijn en een lage deeltjesemissie hebben. Alle materialen moeten worden beoordeeld op hun vermogen om deeltjes aan de lucht af te geven. Materialen moeten bestand zijn tegen chemicaliën, vocht en andere verontreinigingen die in een cleanroom aanwezig kunnen zijn.

2. Zorg voor zo min mogelijk elektrostatische eigenschappen 

Het materiaal moet lage elektrostatische eigenschappen hebben, omdat anders door de lucht verspreide deeltjes en micro-organismen zich binden aan het oppervlak van de apparatuur. Als apparatuur een andere lading heeft dan zwevende deeltjes, dan kunnen de deeltjes zich via elektrostatische aantrekking binden. Dit vormt een risicofactor voor zwaarte-, aerodynamica- of adhesiekrachten. 

3. Vereenvoudig het schoonmaken

Waar primaire verpakkingsmaterialen, tussenproducten of massaproducten worden blootgesteld aan de omgeving, moeten binnenwanden, vloeren en plafonds glad zijn en mogen deze geen scheuren of open voegen bevatten. Ze mogen geen deeltjes loslaten, en moeten gemakkelijk en effectief te reinigen en te ontsmetten zijn. 

4. Ontwerp zonder loze ruimte

Ontwerp leidingsystemen, verlichtingsarmaturen, ventilatiepunten en andere voorzieningen zonder dat hierdoor nissen of loze ruimten ontstaan. Nissen zijn moeilijk schoon te maken en te onderhouden. Als er al nissen moeten zijn, moeten deze van buiten de productieruimten toegankelijk zijn.

5. Dicht kabel- en leidingdoorvoeren af 

Kabel- en leidingdoorvoeren vormen een potentieel risico op lekkages, die de over- en onderdrukprestaties negatief beïnvloeden. Ze moeten daarom goed worden afgedicht om het luchtverlies te beperken en te zorgen voor een goed functioneren van de over- en onderdrukruimten.  

Wilt u meer te weten komen over kabel- en leidingafdichtingen voor laboratoria en cleanrooms? Lees verder.